jpekker

Cannes dag 5: zondag 16 mei

Nederland spreekt een woordje mee in Cannes, maar waar was Carice van Houten op de Nederlandse Party?

Niet naar La princesse de Montpensier van Bertrand Tavernier (naar wat ik hoorde heb ik niet heel veel gemist), want ik had interviews op het programma staan. De eerste was met Woody Allen. Het is altijd weer spannend met wie je in een groep komt te zitten: de verschrikkelijke tang uit Australië die altijd iets vraagt over Australische actrices… Of die minstens zo erge Israëlische journalist die elke regisseur verzoekt zijn film te bezien in het licht van het Israëlisch-Palestijnse conflict…

Voor aanvang kwam een dame van het publiciteitsbureau waarschuwen dat het interview twintig minuten zou duren en geen seconde langer. Woody Allen moest namelijk om 1 uur naar het vliegveld. En drie minuten voor het einde zou ze drie vingers opsteken, ten teken van de laatste vraag. Woody geeft namelijk hele lange antwoorden, zei ze.

Dus (1) Woody Allen heeft gemiddeld drie minuten nodig voor een antwoord, en (2) het rondtafelgesprek duurt twintig minuten, en (3) er zitten vijftien journalisten rond de tafel, dan betekent dat volgens Bartjens dat ongeveer de helft van de aanwezigen een vraag kan stellen… En toch was het leuk; ik zat aan de goede kant van Allen, bij zijn niet-dove oor, en dat hielp.

Vervolgens met angst en beven naar Mike Leigh. Maar de doorgaans zo nurkse Brit was opvallend goedgemutst – het zal te maken hebben gehad met de lovende recensies voor zijn film Another Year (het gemiddelde in de journalistenpoll in het vakblad Screen International is 3,3 op een schaal van 0 t/m 4; Bor Beekman van de Volkskrant geeft’m 5 sterren op de site van Cinema.nl).

Leigh stopte zelfs keurig met praten als er weer eens een middeleeuwse cassetterecorder afsloeg. Wel kreeg de journalist die het in zijn hoofd haalde om tijdens het veertig (!!) minuten durende gesprek op te staan om een foto te maken een flinke uitbrander, maar dat was verdiend. ‘We zijn hier in gesprek’, baste Leigh. ‘Straks mag je een foto van me maken, en als je wilt krijg je ook een handtekening.’

Toen het interview klaar was, was ik al te laat voor mijn groepsgesprek met Diego Luna. Daar aangekomen, bleek dat ik me voor niets had gehaast: het interview was vervroegd. Had ik geen mail gekregen? Ook geen tekstbericht? O, sorry. Het laatste groepsgesprek was net afgelopen; de Mexicaan werd nu met gezwinde spoed naar het vliegveld gebracht. Later in de week is hij weer terug (als de vulkaan meewerkt) en volgt er een herkansing.

Geluncht; gepraat; stukken geschreven; een skype-interview gedaan met de Zweedse, in Amsterdam wonende schilderes Jenny Lindblom, van wie dezer dagen fraaie nieuwe doeken zijn te zien op de Kunstvlaai; de documentaire Countdown to Zero gemist; en in slaap gevallen tijdens Hai Shang Chuan Qi van Jia Zhangke – toch een van mijn favoriete regisseurs. Heerlijk gedineerd; tot mijn grote spijt de documentaire Hollywood don’t Surf gemist; en naar The Dutch Party, die, het moet gezegd, heel erg goed was (is, eigenlijk op het moment dat ik dit schrijf, maar ik ben er toch maar vandoor gegaan: er liepen wel héél véél Nederlanders rond, en er werd gedanst rond handtasjes… En morgen vroeg draait de nieuwe Alejandro González Iñárritu)