jpekker

Kunstenaarsfilms zetten de toon op het IFFR

711scaled

“52 jaar woonde mijn familie hier”, zegt filmmaker Martijn Veldhoen aan het begin van Tijd en plaats, een gesprek met mijn moeder, terwijl een pand aan de Bloemgracht te zien is. “In die tijd werd hier bemind, geboren, geruzied, gelachen en gestorven.”

In het vervolg gaat Veldhoen, zoals de filmtitel al aangeeft, in gesprek met zijn oude, zieke moeder Lotje, die direct laat weten niet met haar gezicht in beeld te willen. Dus laat Veldhoen zijn camera door het grachtenpand zweven, op zoek naar details en herinneringen. Die beelden wisselt hij af met archiefbeelden en zwart-witfoto’s, time-lapse-sequenties van Amsterdam en 3D-animaties van het grachtenpand. Onderwijl vertelt Lotje over de jaren ’60, haar scheiding van de losbandige kunstenaar Aat Veldhoen en de opvoeding van hun vier kinderen. Het resultaat is een onorthodoxe reconstructie van het verleden van Veldhoens moeder. En dat van de maker zelf natuurlijk.

Tijd en plaats is op het International Film Festival Rotterdam opgenomen in de Tiger Awards Competitie voor Korte Films. Het is een van de meest concrete producties; het gros bestaat uit kunstfilmpjes, van abstracte computeranimaties tot grensverleggende vormexperimenten, meest zonder clou of afgerond verhaal.

4850_1

article00

Dat geldt bijvoorbeeld voor Blinder van Tim Leyendekker, een zeer zintuigelijk vormexperiment waarin binnen een tijdsbestek van 11 minuten 6386 foto’s die alle voorwerpen en personen uit de Engelse vertaling van José Saramago’s roman De stad der blinden representeren, worden gecombineerd met evenzoveel geluidsfragmenten uit Blindness, Fernando Meirelles’ verfilming van hetzelfde boek. Of neem Night Soil – Fake Paradise van Melanie Bonajo, een vermakelijke, kunstzinnige studie naar de werking van het uit het Amazonegebied afkomstige, hallucinerende drankje Ayahuasca op de toch al zo getroebleerde geest van de moderne mens.

Beeldend kunstenaar Roy Villevoye verbleef bij de Asmat, een volk dat leeft en woont in Papoea, in het uiterste oosten van Indonesië, toen een van de mannen plotseling overleed. Vervolgens registreerde hij, op bijna antropologische wijze, hoe de beste houtbewerkers onder de dorpsbewoners een houten beeld malen voor hun (en zijn) overleden vriend.

4853_1

Ondertussen horen we een de kunstenaar een onnavolgbaar telefoongesprek voeren met zijn galerie over een ander beeld: The Clearing. Villevoye is boos: hij wil geld zien van de galerie, die zijn beeld heeft verkocht. “Wat denk je, dat wij van de wind leven?”, antwoordt de galeriehouder verontwaardigd. Op de aftiteling van Voice-Over staat een stemacteur vermeld, maar de tekst is authentiek.

Erik van Lieshout, die twee jaar geleden een Tiger Award won voor zijn kortfilm Janus, gaat nog een stap verder: in zijn speelfilmdebuut Werk toont de kunstenaar alle gesprekken die hij voert met fondsen en zijn producenten. “Je krijgt heel veel voor je geld” belooft een van de producenten het Filmfonds.

Van Lieshout beslist dat zijn film een ‘epos over de kunstenaar als arbeider’ moet worden. “Ik vind de arbeiders als thema een geweldig thema”, orakelt de producent. Via een fabriek komt de vrolijke spraakwaterval Van Lieshout terecht op wéér een kunstmanifestatie; via zijn ouders, bij minister Bussemaker, de katten in de krochten van de Hermitage in Sint-Petersburg en de in een Rotterdams detentiecentrum omgekomen Russische activist Aleksander Dolatov. Van Lieshout associeert en manipuleert: de producenten moeten ook acteren en eten kattenvoer op commando.

476scaled

Het resultaat van alle arbeid is bij vlagen hilarisch, dan weer dodelijk vermoeiend (de camera schiet alle kanten op, de kadrering is schots en scheef). En toch had deze fascinerende combinatie van een making-of en een egodocument niet misstaan in de Tiger Award-competitie. Op het IFFR is hij echter weggestopt in een bijprogramma. En het zal nog een hele kluif worden om Werk na het festival in de reguliere bioscoop uit te brengen, wat een van de uitgangspunten was van de fondsen. De producenten acteren dat het niks uit maakt: “Die 3 ton hebben we nu al”, zegt een van hen. “Dus waarom zou je dan in dit Nederlandse subsidiesysteem nog een goeie film willen maken?”

Het International Film Festival Rotterdam duurt nog t/m zo 1/2. www.iffr.nl. Dit stuk is geschreven voor Het Parool.