jpekker

“We leven in een complexe wereld”

“Beste aanwezigen…”

De jonge regisseur Joost van Hezik heeft zich nog maar net achter het spreekgestoelte in de Hervormde Kerk van Midsland geïnstalleerd en zijn MacBook Air opengeklapt of hij wordt al onderbroken door predikant Ernst Zoomers. “Kerkgangers!”, corrigeert de dominee de regisseur. “Ah, kerkgangers,” mompelt Van Hezik. “Ik heb lang getwijfeld wat de beste manier was om u aan te spreken.” Hilariteit alom. De spanning is gebroken.

Zondagochtend kreeg Van Hezik de gelegenheid om de Terschellinger kerkgangers te vertellen over zijn toneelstuk Dantons dood, over zijn drijfveren, en hoe hij van een cynische atheïst was veranderd in een idealistische kunstenaar. “Ik geloof dat er verhalen moeten worden verteld. Ik geloof dat ieder mens in opstand moet komen en zijn ware overtuiging moet volgen, ook al zullen we nooit met zekerheid weten of die overtuiging wel klopt.” Een daverend applaus was zijn deel.

Voor Dantons dood is het idyllisch kerkje van Midsland van binnen verbouwd tot krakersbolwerk. Overal hangen revolutionaire vlaggen, aan het orgel zijn spandoeken bevestigd met leuzen als ‘There will be blood’, ‘You are a prisoner of your dreams’ en ‘Follow no instructions’. Her en der liggen lege pizzadozen, overal staan bierblikjes. Op de kansel ligt een omgekieperd winkelwagentje, voor de kerkbanken staan dranghekken.

Meerdere kerkgangers fronsten bij binnenkomst de wenkbrauwen; moest dit worden verstaan onder ‘Sene of Place’, dit haar het thema van Oerol? Van Heziks ontboezemingen en Zoomers preek zorgden echter voor wederzijds begrip. “We leven in een complexe wereld, waarin mensen met verschillende meningen leven.” Tot slot van de dienst richtte Zoomers – uiterlijk een kloon van Severus Sneep uit de Harry Potter-films – zich nog even tot de acteurs: “Het zal niet vaak zijn voorgekomen dat u drie keer op een dag in de kerk was”.

Van Heziks Dantons dood is een radicale bewerking van Georg Büchners klassieker, waarin de wit geschminkte fundamentalist Maximilien de Robespierre 250 jaar na de Franse revolutie de in rode trainingsbroek gestoken hedonist Georges Danton opnieuw aanklaagt, ditmaal omdat Dantons gedachtegoed een samenleving heeft gecreëerd waarin niemand meer in actie gelooft en de mens egoïstisch en onverschillig is geworden. Danton is geen held, aldus Robespierre, hij is zelf een held.

“Wie maakt zich druk over het lot van de wereld?”, vraagt Robespierre aan het publiek. “Wie gelooft dat je moet handelen om dingen te verbeteren? Ga Staan!” “Wie heeft er geen zin in een futiel debat en wil liever zelf blijven denken? Ga maar weer lekker zitten”, riposteert Danton. “Beter iets dan niets”, zegt Robespierre weer. “Kom met me mee! Zittenblijvers, ik hoop dat jullie net zo gedwee en passief je dood tegemoet gaan als jullie in het leven stonden!”

Een deel van het publiek blijft in de kerk achter, de meerderheid volgt Robespierre de straat op. “Broeders en zusters!”, roept Roberspierre. “Zonder wie wordt de wereld beter?” Er wordt stiften en papiersnippers uitgedeeld, de antwoorden worden op een schutting geplakt. Politici. Kinderverkrachters. Christenen. Extremisten. Graaiers. CIA. Wilders. Berlusconi. Freek de Jonge, grapt iemand. “Mijn schoonmoeder” fluistert een ander.

Een klein stukje verderop is een andere optocht bezig. In het zwart gestoken performers van het Sloveense gezelschap Kud Ljud voeren geïnteresseerden door hun open air ‘ready-made’ gallery: ‘een pas geopend museum waar je de mooiste moderne kunstwerken kunt komen ontdekken die schuil gaan achter elke straathoek’. “24 uur per dag geopend, zeven dagen per week, 365 dagen per jaar,” roept de gids in gebroken Engels. “Roken en honden zijn toegestaan in het museum.”

De gegidste tour gaat in een razend tempo langs stoeptegels (“Een hele vroege Pollock. Weet iemand van u misschien tot welke stroming Jackson Pollock behoorde?”),vuilnisbakken en ingenieuze regenpijpconstructies. Bij een forse hondendrol vraagt de gids of iemand bekend is met het werk van de Italiaanse kunstenaar Piero Manzoni. “Dit werk is van een kunstenaar, bekend onder de naam Bello, die is geïnspireerd door de creaties van Manzoni, en dan met name zijn merda d’artista, stront van de kunstenaar in blik, waarvoor het gewicht in goud moest worden neergeteld.”

“U hebt de unieke kans de eigenaar te worden van een originele Bello”, gaat de gids verder. “We organiseren een veiling, hier en nu. Wie beidt?!” De Oerolgangers kijken elkaar aan. Iemand wil zich niet laten kennen en roept ‘drie euro!’. Niemand biedt meer. De drol wordt in een zakje geschept, de transactie wordt afgerond en de beduusde koper vervolgt de tour met een zakje Terschellinger hondenstront in zijn hand.

Oerol duurt nog t/m 23/6. Dantons dood is ook te zien op het Over het IJ-festival, van 5 t/m 14/7 in Amsterdam-Noord.