jpekker

Schilderijen als een donkere hemel

Negen seconden. Dat is de tijd die mensen voor een kunstwerk uittrekken, zo bleek enige jaren geleden uit een onderzoek. Wie echt niet langer heeft, kan zich Maaike Schoorels expositie ‘zwart/wit dagboek’ in Galerie Diana Stigter beter besparen. Haar aardedonkere olieverfschilderijen hebben meer tijd nodig. Veel meer.

Kijken naar Schoorels doeken is vergelijkbaar met turen naar een donkere hemel. In eerste instantie zie je niets dan zwart, maar hoe langer je kijkt hoe meer sterren er oplichten. Of in Schoorels geval: hoe meer vage vlekjes en vegen zich openbaren.

Langzaam maar zeker nemen de vlekken en vlekjes subtiele vormen aan. De titels zijn daarbij een welkome steun in de rug. Op het doek De huwelijkstafel doemen dan veelkleurige glazen en flessen op en een ronde, gedekte tafel; een blauwige vlek wordt een arm wordt een mens. In het zwart wordt een paarsige zweem zichtbaar; het kleurenpalet blijkt bij nadere beschouwing verrassend groot. Even snel worden de herkenbare vormen weer abstract, als het oog wordt verleid door andere details die langzaam in het beeld naar voren komen: een corsage? Of toch een fonkeling in een glas?

Maaike Schoorel (Santpoort, 1973) studeerde aan de Rietveld Academie en aan het Royal College of Art in Londen, de stad waar ze nu woont en werkt. Naam maakte ze met grote schilderijen met bijna niks; sneeuwwitte schilderijen die misschien nog wel ijler, veeleisender en ‘trager’ zijn als haar nieuwe zwarte serie. In het wit lijken de spaarzame kleuren te verdwijnen, in het zwart komen ze juist beter naar voren, zo blijkt uit een vergelijkende studie van Stilleven met boeket in zwart en Stilleven met boeket in wit, die bij Diana Stigter keurig naast elkaar hangen.

De toegepaste techniek is in beide gevallen dezelfde: eerst brengt Schoorel een donkere, bijna zwarte (danwel lichte, bijna witte) onderlaag aan, vervolgens bouwt ze de afbeeldingen op uit dunne lagen olieverf, vaak meerdere lagen over elkaar, en worden hele stukken uitgeveegd of weggelaten. Ook gebruikt ze hars en was, waardoor prikkelende textuurverschillen optreden.

Als basis voor de afbeeldingen dienen zelfgemaakte, alledaagse en archetypische kiekjes, die zowel persoonlijk zijn als voor iedereen herkenbaar. Van een huwelijk, een bevriende kunstenaar en van haar vrienden op vakantie in het Franse Pradin. Van een meditatieruimte met een skelet en een vaas bloemen, en van zichzelf, genomen met een zelfontspanner in haar ouderlijk huis, waarbij de hond nieuwsgierig in de lens kijkt. Op het schilderij valt de hond direct op; Schoorels gezicht is bijna onzichtbaar.

Schoorels precieze manier van werken zorgt ervoor dat je manier van kijken verandert; je oog valt bij de schilderijen op andere dingen dan bij de foto’s. Door de leegte zie je niet alleen andere dingen, je legt ook andere verbanden en onthoudt andere, vaak vreemde, verrassende details.

Los van dit interessante conceptuele vertrekpunt zijn de ‘uit elkaar gevallen’ schilderijen ook nog eens hemeltergend mooi. Als je de tijd neemt om het te zien, ten minste.

zwart/wit dagboek van Maaike Schoorel. T/m 14 mei in Galerie Diana Stigter, Elandsstraat 90 Amsterdam.