jpekker

Moederziel alleen in de overweldigende natuur

Op een duin op de Boschplaat, een natuurgebied in het uiterste oosten van Terschelling, staan acht houten hokjes in een cirkel – vanuit de verte lijkt het Stonehenge wel. In de hokken zitten verrekijkers en telescopen gemonteerd, elk gefocust op een performer die kleine repetitieve handelingen uitvoert. Van ‘s ochtends tot het einde van de middag, moederziel alleen, in de overweldigende natuur.

Een man kijkt uit over de waddenkust – om zijn hoofd zwerven meeuwen, een vrouw dreigt het zeewater in te lopen. Een man loopt nerveus rondjes over een duin, een vrouw lijkt iets te zoeken. Een vrouw in lange, witte jurk dreigt het Noordzeewater in lopen, een man graaft een gat langs een schelpenpad. De dreigende soundscape die uit de koptelefoon komt maakt het tafereel nóg unheimischer en surrealistischer.

‘Saturn I’ heet de schitterende installatie annex performance, speciaal voor de ongerepte locatie gemaakt door de Gentse kunstenaar Karl Van Welden. Hij toont de mens als nietig object in de immense natuur. En de natuur zelf; een verrekijkers is gericht op het helmgras, een andere op een broedlocatie van meeuwen.

De Terschellinger natuur, of preciezer: een ingreep in die natuur, vormt ook de inspiratie voor ‘When Animals Dream of Sheep’ van de Nieuw-Zeelandse theatermaker Stephen Bain. Toen hij in 2009 op het eiland was, hoorde hij het verhaal van de illegale introductie van herten op het eiland – een uit de hand gelopen grap die nog steeds onder de rechter is. Hij kwam een jaar later terug om het verhaal in detail op te tekenen uit de monden van de Eilanders, en verwerkte het in de breed uitwaaiende voorstelling, waarin – typisch Oerol – documentaire, dans en muziektheater elkaar afwisselen.

Ook Klemens Patijn vond het onderwerp van zijn muzikale theatervoorstelling toen hij over het eiland zwierf. Hij stuitte op de bunkers bij het strand van Formerum, restanten van de Duitse Atlantikwall, waarvan een deel tegenwoordig in gebruik is als vakantiehuisje.

De bunkers inspireerden Patijn tot ‘Gewapend Beton’, een even schrander als lichtvoetig stuk over veiligheid en burenruzies, waarin heden en verleden even soepel in elkaar overgaan als jolijt en ernst, en schlagers en marsmuziek. “De muren zijn op sommige plekken metersdik. Onderhoudsvrij voor de komende honderd jaar”, zegt de aalgladde makelaar, die de Oerolgangers rondleidt in het stelsel van bunkers. “Het uitzicht krijgt u er gratis bij!”

Karina Kroft bewerkte Alain Resnais’ filmklassieker ‘Hiroshima mon amour’ speciaal voor het Oerolfestival tot een monoloog: Johanna ter Steege doet Marguerite Duras. Haar hotelkamer in het naoorlogse Hiroshima bevindt zich in de enorme paddock van een manege in Hoorn, tegen een achtergrond van paardenboxen.

Ter Steege vertelt over de kortstondige overspelige liefde tussen een Franse actrice en een Japanse architect – soms schakelt ze naar zijn tekst, vloeiend, zonder dat haar stem of intonatie verandert. Ter Steege haalt alles uit de kast: ze schreeuwt, veinst een vrijpartij, en hijst zich in een wit verpleegstersjurkje. Ze gooit tien emmers water over zichzelf heen, kruipt op handen en voeten door het zand, en doet een dansje op ‘Comin’ back to me’ van Jefferson Airplane. Het is een beetje veel van het goede.

Kaler, en daardoor beter en intenser is de monoloog van Wendell Jaspers, ‘4.48 Psychosis’. “Ik ben als mens een volslagen mislukking”, luidt de kwintessens van de inktzwarte tekst die de Engelse theaterauteur Sarah Kane in 1998 vlak voor haar eigen zelfmoord schreef. Het is een objectieve constatering, zonder iedere vorm van zelfmedelijden, die de volgepropte tribune treft als een mokerslag.

Jaspers schakelt moeiteloos tussen de wanhopige schrijfster en haar niet-begrijpende geneesheren, tussen waanzin en rede, tussen pure poëzie en ellenlange opsommingen uit haar medisch dossier. Ieder woord is raak; ook de soundscape van regisseur Thibaud Delpeut (‘Nacht’) draagt bij aan de horrorervaring.

Op een bepaalde manier geldt hetzelfde voor de locatie: een kale, immense opslagloods van de firma Combibouw Terschelling BV op een grauw bedrijventerrein in West. Veel toostelozer en lelijker plekken zijn er niet te vinden op het eiland.

Terschellings Oerol duurt t/m zondag. ‘4.48 Psychosis’ is ook te zien op het Over het IJ festival, van 7 t/m 17 juli.