jpekker

‘Mijn films gaan niet zo snel. Misschien is de censuur in slaap gevallen’

Voor zijn vijfde speelfilm Still Life en zijn documentaire Dong toog de Chinese regisseur Jia Zhangke (Fenyang, 1970) naar het gebied rond de Drieklovendam in de Blauwe Rivier, de grootste waterkrachtcentrale en dam ter wereld. De bouw van de dam begon in 1993; het reservoir erachter is vanaf 2003 aan het vollopen. In 2009, als het project is voltooid, zal het waterpeil stijgen naar maximaal 175 meter. Ruim 1,2 miljoen Chinezen werden gedwongen te verhuizen. Hele dorpen zijn met de grond gelijk gemaakt.

Wat bracht u in eerste instantie bij de Drieklovendam, de speelfilm of de documentaire?
‘De documentaire. De schilder Liu Xiaodong is een vriend van mij; we wilden al langer samen een film maken. De eerste helft van de documentaire speelt rond de Drieklovendam, waar hij enorme doeken maakt van de mannen die gebouwen aan het slopen zijn in het gebied erachter. De tweede helft is in Bangkok, waar hij tropische modellen schilderde. Ik was er nooit geweest voordat ik aan de documentaire begon; ik kende het alleen uit de media.’

Still Life was eigenlijk de titel van de documentaire.
‘De documentaire zou over de schilder Dong gaan en over de mensen die hij schildert. Maar tijdens de opnamen bij de dam kwam een van de werkers om het leven, en dat werd toen het belangrijkste. We zagen zo veel drama om ons heen; er gebeurde van alles. Daarom wilde ik óók een fictiefilm maken. Ik heb de titel gehandhaafd; ik vind het een mooie titel.’

Sommige beelden zitten in de speelfilm én in de documentaire. Waarom?
‘Het was mijn bedoeling eerst de documentaire te monteren en daarna de speelfilm te maken. Toen ik terugkeerde, waren sommige gebouwen al verdwenen. Daarom moest ik de beelden uit mijn documentaire opnieuw gebruiken. Later heb ik nog wat gehusseld met andere scènes.’

Uw documentaire inspireerde u tot een speelfilm. Uw speelfilm lijkt op een documentaire. Ziet u zelf verschillen?
‘Nee, er zijn niet zo veel verschillen. De mensen die acteren in de film, figureren ook in de documentaire. In Still Life doet maar een echte acteur mee: Wang Hong-wei die ook in mijn vorige films speelde. De mijnwerker is een echte mijnwerker, uit de provincie Shanxi, waar ik zelf vandaan kom. Alle anderen komen uit het gebied en spelen zichzelf. Ze doen wat ze daar altijd doen. Zo ging het gewoon.’

In Still Life zitten wonderlijke special effects van gebouwen die als een raket worden gelanceerd. Waarom heeft u daarvoor gekozen?
‘Dat was mijn eerste gedachte toen ik de gebouwen in een razend tempo gesloopt zag worden. Vervolgens gingen mijn gedachten met me op de loop.’

Uw stijl doet denken aan de Italiaanse regisseur Michelangelo Antonioni. Was zijn China-documentaire Chung Kuo-Cina een inspiratiebron?
‘Ja, ik bewonder de manier waarop Antonioni de omgeving gebruikt om een verhaal te vertellen. Maar Robert Bresson is minstens zo belangrijk voor mij geweest; vooral de manier waarop hij de tijd een rol laat spelen in zijn films.’

Volgens westerse kijkers zitten uw films vol maatschappijkritiek. De meisjes in Dong zijn modellen en prostituees. Heeft u geen problemen gehad met de censors?
‘Als hij schildert, denkt Liu altijd aan seks. Als je het zo bekijkt, is Dong eigenlijk een heel kuise film. Er is wel debat geweest over beide film, is mij verteld, maar gelukkig zijn ze goedgekeurd door het Chinese filmbureau. Mijn films gaan niet snel. Misschien zijn de censors in slaap gevallen.’