jpekker

James Bond redt wereld met een nijptang

‘Ik geloof dat het je twintigste is’, zegt Q, de man van de gadgets, als hij geheim agent 007 een Omega-polshorloge overhandigt. De terloopse opmerking is een van de vele verwijzingen naar de negentien Bondfilms die sinds 1962 (Dr. No) zijn gemaakt (de onofficiële Never Say Never Again niet meegeteld). Zijn ondergrondse werkruimte staat vol relikwieën uit het roemrijke verleden van de superspion, van schoenen met stiletto-neuzen (From Russia With Love) tot de krokodillen-onderzeeër uit Octopussy. De twintigste Bond is een feestje, en niet alleen voor de fans.

De afgelopen jaren heeft de superspion geduchte concurrentie gekregen. De een is spectaculairder (Arnold Schwarzenegger in True Lies), de ander ironischer (Mike Myers in Austin Powers). Een derde is gelikter (Ben Affleck in The Sum of All Fears), een vierde gespierder (Vin Diesel in xXx). Maar zolang Bond doet waarin hij het beste is – van alles wat en van niets teveel – is hij onverslaanbaar.

Dat hebben de scenaristen Neal Purvis en Robert Wade en de Nieuw-Zeelandse regisseur Lee Tamahori goed begrepen; zij maakten een lekkere ouderwetse film, vol Bond-clichés (gadgets, meisjes, auto’s), maar hielden nauwlettend in de gaten dat 007 geen karikatuur van zichzelf wordt of boven zijn macht grijpt.

Zijn twintigste missie voert James Bond (Pierce Brosnan, voor de vierde keer alweer) naar de gedemilitariseerde zone tussen Noord- en Zuid-Korea, waar hij na een mislukte transactie en een spectaculaire hovercraft-achtervolging in een donkere gevangenis belandt. Terug in Engeland denken James’ superieuren dat hij heeft gelekt; ondanks een glansrijke carrière wordt Bond ontslagen uit de geheime dienst.

Op zoek naar rehabilitatie belandt Bond in een dubieuze kliniek op een eiland boven Cuba (opgenomen in Cadiz, Spanje), waar een krankzinnige arts met gentherapie experimenteert, en in een ijspaleis in IJsland, op uitnodiging van een megalomane playboy-miljardair.

Hij krijgt steun van zijn Amerikaanse evenknie Jinx (Halle Barry), die in Cuba op dezelfde sensuele manier uit het water opduikt als Ursula Andress in Dr. No – Tamahori kent zijn klassiekers.

Voordat hij gerehabiliteerd wordt en het mooie meisje krijgt, kibbelen de Engelse en Amerikaanse superieuren er vrolijk op los, en wisselen de beide superspionnen oneindig veel dubbelzinnigheden uit.

Natuurlijk redt Bond de wereld; het leuke is dat hij er behalve een onzichtbare auto, een ring met ultrasone geluidsgolven en een Sensotec scheerapparaat van Philips (dat moeiteloos een baard van veertien maanden neemt), ook een ordinaire nijptang voor nodig heeft. Op dit niveau kan Bond nog jaren mee.

Die Another Day van Lee Tamahori. Vrijdag 19 oktober, 20.30 uur, SBS.