jpekker

“Ik heb bewezen dat ik het kan”

Ruud van Hemert op de première van Ik hou van jou, met Antonie Kamerling, Angela Schijf en Beau van Erven Dorens

Vandaag, zo heeft zijn familie bekendgemaakt, is Ruud van Hemert in zijn slaap overleden. Hij werd 73 jaar. Van Hemerts Schatjes! is nog altijd een van mijn lievelingsfilms, hoe vaak ik ‘m ook zie. Mei 2000 was ik voor de Volkskrant in Rotterdam op de set van zijn Giphart-verfilming Ik ook van jou. Daar had hij ook een grote bek.

“Het is een schande hoe Nederland met zijn talent omspringt. Ik heb bewezen dat ik het kan, laat mij mijn gang dan gaan.” Ruud van Hemert is terug. Na Honneponnetje (1988) regisseerde de man die kassuccessen als Schatjes! (1984) en Mama is boos! (1986) op zijn naam heeft staan twaalf jaar geen film meer.

Hij diende het ene na het andere script in bij de fondsen, schreef en herschreef, maar kreeg geen geld voor zijn projecten. In Spanje en Portugal gaf hij acteercursussen en vervolmaakte hij zijn eigen acteermethode, die door lijkt te gaan waar de Amerikaanse ‘method acting’ ophoudt. “Ik houd niet van acteren. Als je ziet dat het geacteerd is, is het foute boel.” Antonie Kamerling, hoofdrolspeler in Ik ook van jou, Van Hemerts Giphart-verfilming, zegt er profijt van te hebben: “Ik heb het gevoel dat ik nu pas echt leer acteren.”

In een bruin café in Rotterdam staan halflege bierglazen op alle tafeltjes. Het rookhol is afgeladen met mooie jongens en meisjes – deels gerekruteerd onder Van Hemerts cursisten. Zij spelen studenten en luisteren naar het eerste publieke optreden van schrijver Eric (Kamerling). Zijn grote liefde Reza (Angela Schijf) zit geroerd aan een tafeltje; zijn maat Fräser (Beau van Erven Dorens) popelt om een fles champagne open te trekken. Op de achtergrond, aan de bar, hangen Ronald Giphart en zijn vriend Bert, de ‘echte’ Fräser.

De opnameleider legt de scène nog een keer uit: “Ademloos toekijken als Antonie zijn gedicht voorleest en na de slotzin ‘Je lacht en zegt: ik ook van jou’’ allemaal in applaus uitbarsten.” Van Hemert bemoeit zich ondertussen met de figuratie. “Kijk eens iets meer van de lens weg”, zegt hij tegen een meisje in het rood, dat hij later zal uitnodigen voor zijn acteercursus. En tegen Schijf: “Je bent meer dan alleen verdrietig. Je gevoelens zijn dubbel: je bent ook trots. Je zou kunnen proberen te glimlachen als al die mensen gaan klappen. Verder was het prachtig, hoor.” Bij de volgende take verschijnt er een klein lachje op haar gezicht en rolt er een traan over haar wang. En is Van Hemert tevreden.

“Dit is zó spannend, zó mooi”, vertelt Van Erven Dorens in de lunchpauze. Na honderdvijftig afleveringen had hij genoeg van RTL Boulevard was het zijn ‘grote fantasie’ op het filmdoek te komen. In zijn studententijd heeft hij veel aan amateurtoneel gedaan, daarna speelde hij rolletjes in Baantjer en Danniel Danniels De zaak Braun, maar “dat stelt allemaal niet zo veel voor”.

Van Hemert vond hem geschikt voor de rol van Fräser. Van Erven Dorens begrijpt dat wel. “Ik kom zelf uit het corpsballenmilieu. Het is een rol die dicht bij mij staat. Fräser is een brulaap met een klein hartje. Hij houdt van Eric, steunt hem onvoorwaardelijk en is trots op zijn eerste public appearance.”

Van Erven Dorens probeert uit te vinden of acteren iets voor hem is. Kamerling weet dat allang, maar is voor zijn gevoel helemaal opnieuw begonnen. “Ik heb al jaren het idee dat er meer in me zit. Van Hemert trekt het eruit. Hij is rücksichtlos in zijn aanwijzingen. Zegt dat het totaal verkeerd is wat je doet, en heeft gewoon gelijk. Tien jaar ervaring stelt helemaal niks voor. Het is niet altijd makkelijk, maar zijn kritiek werkt heel inspirerend.”

Giphart loopt langs en grapt dat hij iedereen goed vindt, “behalve Beau”. De schrijver benadrukt dat hij niks met het scenario en de film te maken heeft. Hij heeft de helft van de filmrechten al op zijn rekening, als de film klaar is volgt de rest. “Ik heb van mijn leidsman Harry Mulisch geleerd dat je je huid zo duur mogelijk moet verkopen en je je handen er vervolgens vanaf moet trekken. Wordt het goed, dan zeg je dat je niet anders had verwacht op basis van dit boek, wordt het slecht, dan had je niet anders verwacht met deze regisseur en acteurs. Dat ik een cameo speel, betekent niet dat ik monddood ben.”

Hij heeft het scenario van Van Hemert wel gelezen. Het is goed, vindt Giphart, maar heeft niks met het boek te maken. “Ik ging ervanuit dat ze op bladzijde 1 zouden beginnen en op de laatste pagina weer zouden stoppen. Dat is niet het geval.” Van Hemert beaamt dat. “In film gelden totaal andere criteria. Als je het boek leest, maak je je eigen keuzes. Ik maak die keuzes in de film. Allemaal. Het wordt zoals ik wil.”