jpekker

“Het hoofddoekje zelf vind ik de opwinding nauwelijks waard”

“Toen ik de schilderijen van Vermeer bestudeerde, viel mij op dat er veel vrouwen met hoofddoeken op staan. Ik herinnerde me dat mijn moeder in mijn jeugd ook vaak een doek over haar haren deed als ze de kerk binnen stapte en dacht: wat een waanzin eigenlijk, alle ophef die daar nu over bestaat. Daar wilde ik wat mee doen, met die Islamofobie. Het gaat me niet zozeer om het hoofddoekje zelf, dat vind ik eerlijk gezegd de opwinding nauwelijks waard.”

Als reactie op de groeiende xenofobie en Islamfobie in Nederland en Europa werkt fotograaf Jan Banning (Almelo 1954) aan de serie National Identities, waarin hij immigranten een hoofdrol geeft in fotografische variaties op klassieke, iconische schilderijen. Vanaf zaterdag zijn de eerste foto’s te zien in de nieuwe Galerie Fontana Fortuna, als onderdeel van een overzichtstentoonstelling. Daarop zijn tevens foto’s te zien zijn uit vermaarde series als Bureaucratics (portretten van ambtenaren van over de gehele wereld) en Troostmeisjes, zijn portretserie van hoogbejaarde Indonesische vrouwen die in de Tweede Wereldoorlog door de Japanse bezetter werden gedwongen tot prostitutie. Ook hangen er niet eerder tentoongestelde series als Vermeer in Vietnam en Law and Order en landschapsfoto’s. “Die maak ik ter ontspanning. Ik vond het leuk om die nu eens tevoorschijn te halen.”

De foto Marokkaanse met aanvraagformulier voor inburgeringscursus bij gesloten raam entte Banning op Johannes Vermeers’ Brieflezend meisje bij het venster uit 1657. Zoals de titel al aangeeft leest ze geen brief maar een aanvraagformulier voor een inburgeringscursus. En het raam is dicht. “Het was niet eenvoudig een geschikte locatie te vinden. Het stikt weliswaar van de 17e-eeuwse huizen, maar in de meeste word je visueel geplaagd door kabelgoten en andere storende anachronismen. Uiteindelijk kon ik terecht in het Museum Catharijneconvent in Utrecht. Dat heeft weliswaar dubbele ramen, maar dat vind ik niet zo erg. Dat ze muurvast zaten, was eerlijk gezegd een cadeautje.”

Normaal gesproken legt Banning vast wat hij aantreft, voor National Identities was alles van A tot Z geënsceneerd. “Een mens moet zijn palet ook eens verbreden. En ik vind het belangrijk om met mijn werk aan het publieke debat deel te nemen. Deze discussie spreekt mij in hoge mate aan; ik vind het belangrijk stelling te nemen tegen het gedachtengoed van Wilders en consorten. Het zal ermee te maken hebben dat ik zelf uit een soort migrantenfamilie stam: mijn ouders zijn geboren in Nederlands-Indië en zijn ook naar een vreemd land gekomen.”

Nadat hij een Marokkaanse meisje had geportretteerd, wilde Banning graag een Turkse man fotograferen. En na Vermeer kwam hij als vanzelf uit bij Rembrandt. “De tijd van Vermeer en Rembrandt was door de toevloed van hugenoten en joden minstens zo multicultureel als de onze. Ik was op naar culturele iconen, beelden die Nederlanders direct associëren met onze nationale identiteit. Ik had al een tijdje zitten loeren naar Rembrandts portret van de Amsterdamse burgemeester Jan Six-portret – mede omdat het uitvoerbaar is. Niet elk schilderij leent zich in mijn ogen voor een fotografische interpretatie. De Nachtwacht met migranten, dat wordt ongelooflijke kitsch of vreselijk barok. Dat wilde ik niet; dat leidt wat mij betreft af van de inhoud. Het Six-portret heeft een soberheid waarop je wél goed kunt variëren”

Zijn model vond Banning toen hij in opdracht van het Rijksmuseum een fotoserie maakte rond de verbouwing. Een van de geportretteerden was ‘een prachtige Turkse lasser’. Banning zocht thuis ‘de basiselementen’ bij elkaar – variaties op de rode jas, de handschoenen, het hoofddeksel –, maakte een opstelling met het juiste achtergrondje en de juiste lichtinstelling, en viste de man uit de catacomben van het Rijksmuseum. “Ik heb hem mijn plannetje voorgelegd. Hij vond het prachtig.”

De derde foto uit de serie, die naar alle waarschijnlijkheid niet veel groter wordt dan vijf à zes, is geïnspireerd op het schilderij Olympia van de Franse meester Édouard Manet. Banning keerde zwart en wit om: op zijn ‘migrantenversie’ ligt een jonge Jamaicaanse vrouw op bed, en staat een blanke vrouw met een bos bloemen achter haar.

“De kwestie die hier nu speelt, de vreemdelingenpolitiek; het je terugtrekken in je eigen benepen wereldje; de historische leugens die als propaganda over ons worden uitgestort, die speelt natuurlijk ook in andere landen. Ik wilde zelf niet in die ‘nationalistische val’ trappen. Daarbij komt dat ik publiceer in andere landen en mijn werk wordt tentoongesteld in andere landen. Het is dus logisch om me daar ook op te richten.”

Het was de bedoeling dat Marokkaanse met aanvraagformulier voor inburgeringscursus bij gesloten raam een paar weken geleden op de cover van het Amerikaanse nieuwsmagazine Newsweek zou staan. Maar precies die week overleed Apple-voorman Steve Jobs. “Dat is erger voor Jobs dan voor mij, maar evengoed jammer. Mijn serie heeft er wel in gestaan, alleen niet op de cover. Het interessante van de publicatie is dat de fotografie niet als illustratie bij een verhaal is gebruikt, maar als op zichzelf staand fenomeen. Fotografie omwille van de fotografie. En de tekst die erbij staat is mijn artist’s statement, zoals die ook op mijn website staat. Dat is nogal uitzonderlijk.”

Banning heeft vele boeken en publicaties op zijn naam staan, hij ontving talrijke nationale en internationale prijzen, en zijn werk is tentoongesteld in musea, galeries en op fotofestivals over de hele wereld. Sinds afgelopen zaterdag is het te zien in de Amsterdamse Galerie Fontana Fortuna.

“Ik werd heel recent door ze benaderd, terwijl ik in de Verenigde Staten was. Ze vroegen of ik in december wilde tentoonstellen. ‘Ik neem aan dat jullie het over december 2012 hebben’, mailde ik terug. Het leek me wel erg kort dag. Het bleek toch echt om 2011 te gaan. Het leek me veel te veel gedoe, maar mijn zaakwaarneemster is toch gaan kijken en zij was erg enthousiast over de ruimte. Toen dacht ik: laten we dit maar eens gaan doen. Het rare is dat ik nog nooit door een Nederlandse fotografiegalerie ben benaderd. Ik werk met een galerie in New York, maar in Nederland had ik er geen. Het was ook niet nodig; mensen die mijn werk willen kopen, weten me altijd wel te vinden. Het heeft wel consequenties voor de prijzen; die zijn wat omhoog gegaan.”

Jan Banning – National Identities. T/m 25 februari 2012 in Galerie Fontana Fortuna, Keizersgracht 105.