jpekker

‘Het blote lichaam van Marcos – dat is de essentie’

De Mexicaanse regisseur Carlos Reygadas houdt zich graag van de domme en hij provoceert graag. Gevraagd naar zijn favoriete regisseur, tijdens een gesprek in Cannes (in 2005), noemt Reygadas Pierre Woodman, een Franse pornoregisseur met titels op zijn naam als Whores Riding en The Anal Sexplosion. En wat hij precies bedoelt met de minutenlange fellatio-scène aan het begin van Batalla en el cielo is niet van belang. Het gaat erom wat het publiek erbij voelt. ‘Bij een zonsondergang vragen mensen toch ook niet naar de betekenis? Of bij een concert. Het doet je iets of niet, maar niemand vraagt zich af waarom de strijkers invielen in de tweede akte. De meeste muziek staat nergens voor, betekent niets; het brengt alleen een bepaald gevoel over. Echte film is verwant met muziek, met de schilderkunst en met poëzie, maar de meeste films zijn tegenwoordig eerder een soort stripverhalen.’

Cinema is zijn manier om zichzelf uit te drukken, niet om iets over te brengen. ‘Ik maak wat ik moet maken. Niet omdat ik denk dat iemand het mooi zal vinden of het makkelijk zal begrijpen. Als dat het geval is: prima, maar ik houd er geen rekening mee tijdens het maken. Geen moment.’

Carlos Reygadas (Mexico City, 1971) is een kind van welgestelde ouders. Hij volgde een privéschool in Yorkshire, Engeland, studeerde rechten, en werkte voor de Mexicaanse overheid in Brussel. Daar besloot hij van de ene op de andere dag filmmaker te worden. Hij maakte Japón. De film ging begin 2002 betrekkelijk anoniem in wereldpremière op de laatste dag van het Rotterdams Filmfestival (Japón werd ondersteund door het Hubert Bals Fonds), werd een paar maanden later in Cannes bekroond met de Camera d’Or, de prijs voor het beste debuut, en maakte vervolgens een zegetocht langs tientallen festivals.

In Japón vertelt een man dat hij zelfmoord wil plegen. Hij laat de stad achter zich en huurt een kamer bij een oude, indiaanse vrouw in een afgelegen bergdorp. De man, een intellectueel, maakt er wandelingen door de woeste natuur; wat hij onderweg ziet – het afgerukte hoofd van een vogel, een varken dat wordt geslacht, neukende paarden – weerspiegelt zijn gemoed. Op de soundtrack klinken het Erbarme dich uit de Mattheus Passion en Cantus in Memoriam of Benjamin Britten van Arvo Pärt. Tot slot van zijn betekenisvolle tocht gaat hij naar bed met de oude, devote vrouw – Reygadas brengt het open en bloot in beeld. Waarom de vrijwel plotloze film Japón heet? Omdat filmtitels volgens Reygadas niet moeten verklaren, maar prikkelen. Japón had ook Liechtenstein of Paraguay kunnen heten.

De opvolger, Batalla en el cielo (Battle in Heaven), is een indringende, intuïtieve verhandeling over dood en liefde, seks en religie, (on)rechtvaardigheid, schuld en boete, die op velerlei manieren te interpreteren valt. De film werd geselecteerd voor de belangrijkste competitie van het festival van Cannes.

In Batalla en el cielo verbeeldt Reygadas net als in Japón de innerlijke strijd van een man, een primair reagerend type van middelbare leeftijd, afkomstig uit de lagere regionen om precies te zijn. De plaats van handeling is dit keer de stad: het hectische Mexico City.

In het begin van Batalla en el cielo is alleen het pokdalige, uitdrukkingsloze gezicht van die man in beeld. Hij heeft een baard en draagt een bril. Als de camera langzaam naar beneden beweegt, worden de zweetdruppels op zijn dikke lijf zichtbaar. Als de camera nog verder naar beneden beweegt, verschijnt een meisje in beeld. Ze zit geknield voor de man; haar mond om zijn stijve geslacht. De armen van de man hangen slap langs zijn gezette lijf. De camera zoomt in op de gesloten ogen van het meisje. Als ze ze opent, rollen er tranen naar beneden. Op de geluidsband klinken violen.

Marcos (gespeeld door Marcos Hernández, die ook al een rolletje had in Japón) heet de dikke man; hij werkt als chauffeur en klusjesman voor een welgestelde generaal en diens dochter Ana (Anapola Mushkadiz, die net als Hernández geen professioneel acteur is), een prachtig, verwend meisje dat zichzelf voor de lol prostitueert. Marcos doet alles wat zij van hem vraagt.

‘Het blote lichaam van Marcos – dát is de essentie voor mij. Zijn huid, zijn botten, de manier waarop hij staat. Mensen die zeggen dat ze alleen maar een blow-job zien, reageren net zoals mijn moeder die bij een voetbalwedstrijd 22 spelers tegen een bal ziet schoppen. Ik zie duizend-en-een dingen tijdens een wedstrijd, en kan er uren over praten.’

Hij snapt de ophef niet, veinst Reygadas. We zijn immers allemaal naakt onder de douche. En de meeste mensen hebben wel eens seks, en lang niet altijd met het licht uit of onder de lakens. ‘Maar als het in een film gebeurt, staat iedereen op zijn achterste benen. Ik vind dat hypocriet. Journalisten zouden filmmakers ter verantwoording moeten roepen als er géén seks in hun film zit. Eigenlijk ben ik de enige normale filmmaker.’

Na enig aandringen snapt Reygadas de ophef misschien toch wel een beetje. ‘Het is een taboe. Omdat het om sociale ongelijkheid gaat. Als de man een steenrijke drugdealer was, zou niemand gechoqueerd zijn. Iedereen zou denken dat het meisje een hoertje was. Het gaat me niet om het schandaal. Integendeel, het gaat mij erom het verwachtingspatroon van de kijker te doorbreken.’

Marcos vertelt Ana dat zijn vrouw een baby heeft ontvoerd, van kennissen nog wel, en dat het kind vanochtend is overleden. Nog voordat ze om losgeld hebben kunnen vragen. Later vermoordt hij haar, en sluit hij zich aan bij een pelgrimstocht, op zoek naar verlossing.

Er zijn volgens Reygadas veel mensen zoals Marcos in Mexico; ontvoering en moord zijn er aan de orde van de dag. ‘Veel mensen zijn slecht opgeleid en hebben geen kans gehad zichzelf te ontwikkelen.’ Maar Marcos is geen slecht mens, vindt Reygadas. Hij heeft alleen nooit geleerd hoe hij zijn problemen op een normale manier kan oplossen. ‘Het systeem bevordert, net zoals de natuur, onrechtvaardigheid. Maar niet alleen voor Marcos, niet alleen voor de armen en minderbedeelden. Uiteindelijk keert de onrechtvaardigheid zich ook tegen de mensen die er in eerste instantie van profiteren, zoals de mooie, rijke Ana. Onrechtvaardigheid is slecht voor iedereen.’

Toch is zijn film niet politiek, zegt Reygadas. En ook niet religieus. ‘Het gaat om de innerlijke strijd van een man. Die leert dat de instanties waarop hij denkt te kunnen vertrouwen, de staat en de kerk, hem ook niet kunnen helpen. Hij moet het zelf doen.’

Reygadas zwijgt een moment. Dan zegt hij het vreemd te vinden dat mensen altijd overal de exacte betekenis van willen weten. ‘Waarom klinkt er muziek van Bach bij de scène bij het benzinestation; wat betekent de titel; waarom hoor je de klokken niet luiden aan het einde van de film; is de film politiek? Die vragen worden me telkens weer gesteld, maar wat maakt het uit? Iemand legde mij uit dat Ana knielt alsof ze in de kerk is. Zo had ik het niet gezien, maar misschien heb ik er onbewust wel aan gedacht. Sommige mensen zien de fellatio-scène als een verbeelding van de klassenstrijd – dat vind ik óók een interessante gedachte. Mensen zijn zo bang dat ze iets missen, maar dat is helemaal niet aan de orde. De mening van de kijker is net zo belangrijk als die van mij: je moet voelen, vergeten waar je bent, je gedachten de vrije loop laten.’

Hij lacht: ‘Eigenlijk zou ik helemaal niets over mijn films moeten zeggen. Helaas lukt het me niet; ik hoor mezelf te graag praten.’

Batalla en el cielo van Carlos Reygadas, vrijdag 8 juni 23,55 uur, Nederland 2.