jpekker

‘Geen sensatie, maar een film over groepsdynamiek’

Vanavond zendt de VPRO de aangrijpende documentaire Stranded uit. Eind 2007 sprak ik met de Uruguayaanse regisseur Gonzalo Arijon, die net de Joris Ivens Award had gewonnen, zoals de hoofdprijs van het IDFA toen nog heette. In Stranded laat Arijon zestien overlevenden terugkijken op een vliegtuigongeluk in het Andesgebergte. De spelers van het Uruguayaanse rugbyteam The Old Christians, die met wat vrienden en familieleden op weg waren naar Chili, verbleven 72 dagen op een onbegaanbare, ijskoude gletsjer. De vliegtuigmaaltijden waren al snel op; daarna hielden de mannen zich in leven door het eten van mensenvlees – het vlees van hun overleden vrienden en familie.

Er zijn tal van boeken over de tragedie geschreven en ook al meerdere films en documentaires over gemaakt. Waarom moest uw film er ook komen?
‘Het boek van Piers Paul Reed is goed, maar heel erg feitelijk. De daarop gebaseerde speelfilm Alive van Frank Marshall is een typische Hollywood-productie. Het vliegtuigongeluk en de lawine zien er spectaculair uit, maar de film vertelt niet het ware verhaal. De Mexicaanse film Supervivientes de los Andes is nog veel veel erger: een vreselijke sensatiefilm waarin alles draait om kannibalisme. Ik wilde een film maken over de groepsdynamiek en de betekenis van de ervaring in hun verdere leven.’

Hoelang bent u met de film bezig geweest?
‘Vijf jaar geleden belde Roberto Canessa dat ze een herdenkingswedstrijd gingen spelen in Chili. Hoewel er nog geen stuiver binnen was, ben ik daar direct gaan filmen – de beelden zijn kort te zien onder de aftiteling. Vanaf de wedstrijd ging ik serieus over de film gaan nadenken. Een aantal van de overlevenden reist de hele wereld over om lezingen te geven, anderen mijden de publiciteit. Ik wilde ze per se allemaal in de film. Dat kostte moeite, het is geen gemakkelijke groep. Ze zijn als broers, maar het zijn geen echte vrienden. Uiteindelijk heb ik ze toch allemaal uitvoerig gesproken.’

De mannen vertellen dat ze lang twijfelden of ze het vlees van vrienden mochten eten. Maar ze hadden toch geen keus?
‘Het waren jonge, streng katholieke mannen. Ze waren als de dood voor de gevolgen; misschien zouden ze wel gek worden. Het eten van mensenvlees is een enorm taboe, je kunt daar niet geringschattend over doen. Toen er consensus was over de afspraak dat ze elkaars vlees zouden eten als iemand de volgende dag zou overlijden, was de eerste stap gezet. Maar de doden konden ze het niet meer vragen. In de speelfilm Alive eten ze mensenvlees nadat ze hebben gehoord dat de zoektochten zijn gestaakt. Zo was het niet, maar een aantal van de overlevenden is zelf ook in de Hollywood-simplificatie gaan geloven. Het kwam ze wel goed uit, omdat het beter te verkopen is aan de familie en nabestaanden.’

Wat vinden de overlevenden van uw film?
‘Ze waren erg heel emotioneel na de vertoning. Later kwamen er wel wat opmerkingen: waarom heb je dit gedaan? Waarom heb je dat niet laten zien? Het ligt allemaal heel gevoelig. Zoals ik al zei, het zijn geen gemakkelijke mensen. Maar ik heb wel het idee dat de groep nu vindt dat hun verhaal goed is verteld. Ze vonden het moeilijk om de film op zijn artistieke kwaliteiten te beoordelen. Daarom ben ik ook zo blij met de Joris Ivens Award. Voor mezelf. Maar vooral voor de zestien overlevenden.’