jpekker

“Film is dialoog”

 

“De crisis? Terwijl we in de studio in Toronto opnamen maakten van antikapitalistische demonstraties in New York, las ik in de krant over de protesten van Occupy Wall Street tegen het excessieve geweld van de politie. Het was bizar: wij filmden, verderop gebeurde het écht. De dag dat ik een scène opnam waarin Eric Packer een taart in zijn gezicht krijgt gegooid, probeerde iemand een taart in het gezicht van mediamagnaat Rupert Murdoch te duwen. Ik dacht: wat is hier aan de hand? Maar ik schreef het scenario al vóór A Dangerous Method, ruim voordat de kredietcrisis in alle hevigheid uitbrak. Het was toeval. Alhoewel, we hebben het natuurlijk wel over Don DeLillo. Hij is een visionair schrijver; hij begrijpt waar de wereld heen gaat. Het zit allemaal in zijn boek.”

David Cronenberg, de Canadese regisseur van films als Shivers (1975), Videodrome (1983), Crash (1996), eXistenZ (1999) en A History of Violence (2005) verfilmde Cosmopolis, Don DeLillo’s eigengereide, gestileerde roman uit 2003. Daarin ziet de jonge, narcistische miljardair Eric Packer zijn imperium binnen 24 uur instorten terwijl hij in zijn witte stretched limousine door New York rijdt, op zoek naar een oude kapsalon waar hij zijn haar wil laten knippen. “Ik schreef het script in zes dagen. Alles zat al in het boek; de dialogen zijn werkelijk ongelooflijk. Ik hoefde alleen maar te schrappen.”

Cronenberg kreeg het project in Toronto aangeboden door een Portugese producent die hij van naam kende maar nooit eerder had ontmoet. “Volgens zijn zoon was ik degene die de film moest maken. Hij zocht me op, vertelde me hij Don DeLillo goed kende en de rechten op Cosmopolis bezat. Ik antwoordde dat ik wel boeken had gelezen van DeLillo, maar Cosmopolis nog niet. Ik nam het boek mee, twee dagen later zei ik ja.”

Het was van meet af aan duidelijk dat DeLillo het script niet zelf wilde schrijven. “Een script schrijven is iets compleet anders dan een roman schrijven. Er gelden heel andere wetten. Er zijn maar weinig schrijvers goed in allebei. Don had geen enkele aspiratie het zelf te doen, zoals William Burroughs het script van Naked Lunch niet zelf wilde schrijven, Ballard niet betrokken wilde zijn bij Crash en Stephen King niet bij The Dead Zone. Maar hij is wél een groot filmfan en -kenner; zijn boeken zitten vol filmische referenties. Dus hij wilde mijn script graag lezen – niet kritisch, maar ter kennisneming. Hij was benieuwd naar wat ik ervan had gemaakt.”

Cronenberg maakte een talige film van Cosmopolis, voor het overgrote deel bestaande uit ellenlange monologen en dialogen. Dat lijkt een breuk met zijn vroege werk, maar Cronenberg denkt daar anders over. “Bij een low budget horrorfilm als Shiffers ligt de nadruk voor velen op de gore en de special effects. Maar ik was toen ook al vooral geïnteresseerd in de personages en de dialogen. Film is dialoog voor mij, en dat is altijd zo geweest.”

Het grote verschil is dat hij “volwassener” is, en “efficiënter”. “Ik heb deze film in veertien dagen opgenomen. Voor veel scènes gebruikte ik maar één of twee takes, soms deed ik slechts delen van takes opnieuw. Ik wist precies wat ik nodig had, terwijl ik bij bijvoorbeeld Dead Ringers werkelijk iedere scène uit elke denkbare hoek opnam.”

Voor de buitenscènes gebruikte Cronenberg een echte limousine; voor de enorme hoeveelheid scènes in de limo werd een “lego-limo” gebruikt, bestaande uit 25 losse onderdelen. “Hij was maar een klein beetje groter dan een echte limousine, maar we konden allerlei delen wegnemen, zodat de camera overal goed bij kon. Het moest er goed uitzien; het steriele, computergestuurde interieur van de limo is Eric’s hele wereld. Hij heeft er seks en laat er zijn arts op bezoek komen. Het glas kan worden verduisterd; de buitenwereld kan er alleen maar binnendringen als hij het wil.”

Tijdens zijn nachtelijke rit door Manhattan probeert de jonge miljardair uit de gevangenis te breken die hij voor zichzelf heeft opgetrokken, expliceert Cronenberg. “Hij realiseert zich dat hij zichzelf heeft afgesloten van het echte leven. Dat frustreert hem. Hij beweegt richting de vrijheid… ook al staat die vrijheid misschien gelijk aan de dood. Daarom vernietigt hij zijn limo, of staat hij toe dat zijn limo wordt vernietigd. Hij wil per se uit zijn limo, hij wil per se uit zijn kist.”

Zoals een vampier uit de dood, zou je kunnen zeggen, maar Cronenberg vindt die vergelijking te gemakkelijk. “Eric Packer is geen vampier, louter en alleen omdat hij op Wall Street werkt. Dat is een te gemakkelijke verwijzing naar Twilight.”

Op de vraag waarom hij het Britse tieneridool Robert Pattinson, bekend door zijn rol van de vampier Edward Cullen in Twilight, dan precies koos voor de hoofdrol volgt een diepe zucht. Dan: “Dit is een kleine, onafhankelijke film; het budget ligt rond de 15 miljoen euro. Voor zo’n film heb ik een grote ster nodig, precies zoals ik Viggo Mortensen nodig had in A History of Violence. Laten we eerlijk zijn; hij moest beroemd genoeg zijn om een publiek te bereiken. Maar hij moest natuurlijk ook interessant en goed genoeg zijn; je moet honderd minuten naar hem kunnen kijken want hij zit in bijna iedere scène.”

Pattinson heeft het goed gedaan, vindt Cronenberg. “Robert speelt een persoon. Iemand met een voorgeschiedenis, en die heet niet Twilight. Ik wist dat hij dat kon, maar ik heb hem ervan moeten overtuigen. Een acteur, hoe goed hij ook is, vraagt zich bij momenten af of hij wel goed genoeg is; of hij een rol wel aankan. Robert heeft nog niet zo heel veel films gemaakt, het was aan mij om zijn twijfel weg te nemen. Ik kende geen twijfel. Ik had Little Ashes gezien, waarin hij een jonge Salvador Dalí speelt. En inderdaad, ik had ook het eerste deel van Twilight gezien. Daarnaast heb ik veel interviews van hem bekeken op YouTube. Dat is geweldig. Normaal reis je de hele wereld over om acteurs te spreken. Nu kijk je op internet en leer je ze net zo goed kennen. Kan hij overweg met de pers? Komt hij goed uit zijn woorden? Is hij gevat, speels, intelligent? Je ontdekt het midden in de nacht en je hebt niets anders nodig dan je laptop.”

Cronenberg heeft er geen enkel probleem mee als zijn film niet alleen maar met gejuich wordt ontvangen. “Als iedereen je film mooi vindt, moet er wel iets mis mee zijn. Neem E.T.… alle critici vonden E.T. geweldig, maar ik vond er weinig aan; het is sentimentele, Amerikaanse onzin. Op mijn film valt ongetwijfeld ook van alles aan te merken. Te veel dialogen, te weinig lucht, noem maar op. Te weinig handvatten voor identificatie. Te statisch, te claustrofobisch. Een te theatraal einde. Te onbegrijpelijk… Ik kan de recensies zo schrijven. Het is nu eenmaal een extreme film. En het is nu eenmaal geen feel good movie. Tenzij je van cinema houdt; dan is het wel degelijk een feel good movie. Dat denk ik tenminste; een film als Cosmopolis heb je nog niet veel eerder gezien.”

Cosmopolis draait nu in de Nederlandse bioscopen.