jpekker

Etnografische verbeeldingskracht

Nee, het werk 24 European Ethnographic Museums is niet bedoeld als protest tegen de dreigende ondergang van het Tropenmuseum of het PVV-plan het museum om te vormen tot het Koloniaal Museum, benadrukt de Amsterdamse kunstenares Sara van der Heide (Busan, 1977). In tegendeel. Ze begon er al aan in 2010; je zou zelfs kunnen zeggen dat de tijd het werk heeft ingehaald. Niet alleen het Amsterdamse Tropenmuseum verkeert in zwaar weer, het Etnologisch Museum in Antwerpen is inmiddels opgegaan in het Museum aan de Stroom; de directeur van het Wereldmuseum in Rotterdam is van plan de Afrikacollectie te verkopen.

Geïnspireerd op Marcel Broodthaers’ museumproject Musée d’Art Moderne, Section XIXe Siècle, Département des Aigles uit 1969 en Ed Ruscha’s Twentysix Gasoline Stations uit 1963 maakte Van der Heide 24 European Ethnographic Museums, een optekening van de namen van de belangrijkste Europese etnografische instituten. De publicatie legt de Westerse obsessie met het categoriseren en conserveren van mensen en artefacten bloot, en toont dat taal voortdurend reflecteert op de politieke actualiteit van de instituten.

Van der Heide: “Het is interessant om te zien dat de plaats van de etnografische musea in de diverse Europese maatschappijen vanaf het begin de politieke tijdgeest weerspiegelt. Dat zie je vooral terug in de namen. Bij de oprichting van de musea werd het belangrijk bevonden om de superieure nationalistische gevoelens te benadrukken van de pas opgerichte natiestaten. Tegenwoordig hebben de meeste instituten eufemistischer namen zoals ‘Museum der Kulturen’ of ‘Wereldmuseum’.”

Dat 24 European Ethnographic Museums makkelijk kan worden gezien als politiek statement, komt mede door een ander project van Van der Heide: na het aantreden van het Kabinet Rutte, op 14 oktober 2010, maakt ze elke dag een tekening van een Hollands Kabinet. Door de genealogie van het Nederlandse meubelstuk te tonen, wordt de pluriforme en koloniale geschiedenis zichtbaar en stelt Van der Heide op subtiele manier de vraag: wat is Hollands?

Haar verraderlijk lichtvoetige aquarellen leverden Van der Heide dit najaar de Jeanne Oostingprijs voor figuratieve kunst op. De jury roemde haar geëngageerde zoektocht naar de betekenis die beelden hebben in onze tijd: “Van der Heide staat middenin de wereld en reageert met grote verbeeldingskracht op de actualiteit.”

Naar aanleiding van de bekroning is in Museum Jan Cunen in Oss nog het werk Claim to Universality – Colour Theory Exercise te zien, een serie van twaalf aquarellen gebaseerd op een tekening die Lena Bergner maakte in 1927.

Op de tekening van Bergner, een studente van Paul Klee aan het beroemde Bauhaus, staat een kleine cirkel, linksboven in een vlak, van waaruit meerdere licht- en kleurbanen vertrekken die in een grotere cirkel uiteen waaieren. Met haar variaties onderzoekt Van der Heide de typische kenmerken van het aquarelleren: kleur en licht. De ruimte tussen de verschillende kleurexercities is volgens Van der Heide gevuld met ‘kosmische energie’, in de geest van Paul Klee, die er vanuit ging dat de natuur en kunst uit dezelfde bron afkomstig zijn, en beide onderdeel zijn van het grotere kosmische geheel. “Klee wilde niet alleen de zichtbare materiële wereld tonen, maar ook de wereld van de ideeën, de kunst.”

Dat klinkt misschien wat vaag en theoretisch; het resultaat is vooral overweldigend en érg mooi.

Sara van der Heide: 24 European Ethnographic Museums. Ontwerp: Mevis & van Deursen. Tekstbijdrage: Moosje Goosen. ISBN 9789077459683, €10. In Museum Jan Cunen in Oss is t/m 8 januari 2012 nog de expositie Claim to Universality te zien. 24 European Ethnographic Museums is vanaf 21 januari 2012 te zien in de Vleeshal, Middelburg, als onderdeel van de expositie Herfsttij van het modernisme. Hollands Kabinet is begin volgend jaar te zien in het Van Abbemuseum in Eindhoven.