De Duchamp van de Lage Landen

Pieter Engels, Strike Project Visualization of an Inactivity Period of Pieter Engels March 1 1971, foto courtesy Stedelijk Museum Amsterdam
Het idee stamt uit 1971, maar heeft een prikkelende actualiteitswaarde. Kunstenaar Pieter Engels stuurde minister van cultuur Marga Klompé een brief waarin hij voorstelde om in ruil voor het belastingvrije bedrag van 25 miljoen gulden geen beeldend kunstwerk meer te vervaardigen. Klompé ging niet op het aanbod in, gelukkig maar, en Engels ging gewoon door met het maken van provocerende kunst.
Recent werd hij onderscheiden met de Arti-medaille 2011, het tweejaarlijkse eerbetoon van Arti-leden aan een eigentijdse collega-kunstenaar. “Pieter Engels neemt een bijzondere plek in binnen de Nederlandse kunst van de afgelopen 50 jaar”, aldus de jury. “Zijn oeuvre heeft een sterk conceptueel karakter dat zich ontwikkelde in het brede gebied van museale presentaties, acties en cultureel ondernemerschap.” Als bijkomstigheid is in Arti et Amicitiae nu een kleine, fijne overzichtstentoonstelling te zien van Engels, die de 70 inmiddels is gepasseerd maar nog steeds actief is.
Midden jaren ’60 richtte Engels het bedrijf EPO op, de Engels Product Organisation, dat geen kunst maar prototypes maakte en die exposeerde in een showroom. Hij creëerde het alter ego Simon Es dat promotiecampagnes bedacht en gladde reclameteksten schreef, hees zich in strakke pakken en verkocht aandelen (‘mind shares’) die geestelijke rijkdom garandeerden.

Pieter Engels, Frame for a Possibility for an Endless Painting, Disappearing into the Universe in 4 Directions. foto courtesy Stedelijk Museum Amsterdam
Voor 25 gulden kwam de flamboyante Engels een auto beschadigen; voor 100 gulden deed hij het op een artistieke manier. Wie Engels twee gelijkwaardige bankbiljetten gaf, zag er een in zijn borstzak verdwijnen. Het andere biljet kreeg de aanbieder weer terug – kunstzinnig doormidden geknipt en gesigneerd.
Het bleef niet onopgemerkt. In 1967 nam Engels deel aan de Biënnale in Parijs, in 1968 aan de Documenta in Kassel. Hij had grote overzichtstentoonstellingen, onder meer in het Van Abbemuseum en het Stedelijk, dat een aantal werken aankocht. Daar maakte Engels dan weer nieuw werk van: ‘Pieter Engels in het Stedelijk Museum Amsterdam together with its director W. de Wilde looking for a suitable spot to hang this work of art’, heet een foto uit het begin van de jaren ’70, waarop de kunstenaar en de museumdirecteur samen naar een lege museummuur staan te turen. ‘Narcistic event A/A nr. 4’, krabbelde Engels ook nog onderaan de foto.
Engels’ recentere werken zijn al even talig, ironisch en tongue-in-cheek. ‘The absence of a painting’ staat er op een bordje dat bovenaan op een lege, houten schilderijlijst is geschroefd. En op het bordje op de onderkant: ‘The absence of a painting framed by the absence of this painting’. Het is niet voor niets dat Engels wel de Duchamp van de Lage Landen wordt genoemd.
Pieter Engels – Style as dogma is the vehicle of standstill. T/m 24 juli in Maatschappij Arti et Amicitiae, Rokin 112 Amsterdam.