jpekker

Cannes jour 3, vendredi 16 mai

nuri

De lunch liet lang op zich wachten en we hadden vervolgens beter geen koffie meer kunnen bestellen, want toen we op onze horloges keken was het opeens 20 voor 3. En om 3 uur stond Nuri Bilge Ceylans Winter Sleep op het programma.

Dus haastte ik me met mijn collega’s Bor Beekman en Dana Linssen in gezwinde spoed richting het festivalpaleis, om er onderweg aan herinnerd te worden dat het een galapremière betrof en het dus druk was. Erg druk. Toen ik de Croisette wilde oversteken, werd ik tegengehouden door een politieagent. “Ne me touche pas”, bromde ik. En toen hij bleef duwen nog een keer. En nog een keer, harder. Totdat er een collega-agent aan kwam lopen en Bor waarschuwde dat er mensen om minder worden afgevoerd.

We liepen door, kwamen bij het paleis, zwaaiden met onze passen, wurmden ons langs en door lange rijen en werden doorgestuurd naar het balkon, waar de deur voor onze neuzen werd dicht gegooid. Dus door naar de volgende deur, waar ik, nog vol adrenaline, eigenlijk vrij soepel doorheen kwam. Maar toen ik achter me keek, geen Dana en Bor. En de deur was alweer dicht, terwijl er nog wel een paar plekken vrij waren.

Terwijl even later het zaallicht al uitging, kreeg ik een sms dat zij ook binnen waren. Alle adrenaline kwam overigens goed van pas tijdens de drie uur en een kwartier durende film; want hoe mooi en schrander ook, het slaaptekort laat zich nu al gelden.

Direct na de film nogmaals met het Franse pr-bureau gemaild dat ik erg graag interviews wil doen. Met snel resultaat: morgen aan het einde van de ochtend spreek ik Nuri Bilge Ceylan.

spall

Dag was toch al goed begonnen, met een interview met Timothy ‘Mr. Turner’ Spall. Dat wilde het pr-bureau eigenlijk verschuiven, maar ik kon op geen van de voorgestelde momenten. Met als uitkomst dat ik dan maar een één-op-één moest komen doen… soms zit het mee!

Toen Spall hoorde dat ik uit Amsterdam kwam, begon hij direct te vertellen dat hij daar zo vaak was. Sterker, morgen vliegt hij naar Amsterdam, want zijn boot ligt ergens in de buurt, en hij ging vaak varen naar Hoorn en Volendam en op het Hollands Diep, en toen ik net bang begon te worden dat zijn verhandeling over Holland en zeilen me de helft van mijn interviewtijd zou gaan kosten, kwam hij uit bij een doek van Turner, dat een belangrijke rol in de film speelt, en dat was geschilderd op een plek waar hij vaak zeilt. Het werd een fijn interview; hetzelfde gold voor het vraaggesprek met Abderrahmane Sissako, over Jihad, hoop en voetbal.

sissako

Behalve Winter Sleep nóg een paar fijne films gezien: de Deense western The Salvation, met een geweldige hoofdrol van Mads Mikkselsen, het gestileerde, vervreemdende kostuumdrama Amour fou van Jessica Hausner en de onderhoudende documentaire The Go-Go Boys, over de krankzinnige geschiedenis van Cannon Films (geen woord over Frans Afman, het Tuschinski Theater was wel een halve tel in beeld). De stokoude Menahem Golan kwam met een rollator het podium op.

GoGo

“Cannes heeft veel voor ons betekend” zei Yoram Globus. “En wij hebben veel voor Cannes betekend. In de jaren ’80 noemden ze het het Cannon Filmfestival.” Met reden; in 1986 waren er 47 films van het concern te zien in Cannes. Golan heeft overigens nog steeds grootse plannen. Toen hij van het podium schuifelde, riep hij de volle zaal op toch vooral geld in zijn volgende project te investeren. “Vanaf 100 dollar.”