jpekker

Cannes dag 5 – zondag 15 mei

IMG_0036

Het festival is op de helft en eerlijk gezegd vallen de films me een beetje tegen. Maar ik geloof dat ik dat ieder jaar schrijf – de lat ligt ook zo waanzinnig hoog in Cannes. De beste competitiefilm vind ik nog altijd de allereerste die ik zag: de bijna drie uur durende Roemeense praatfilm Sieranevada van Cristi Puiu, wiens The Death of Mr. Lazarescu uit 2005 me destijds ook al zeer goed beviel. Waarom de film Sieranevada heet is me overigens een raadsel; het gebergte, dat je anders schrijft, noch het bier, dat met twee r-en is, komt in de film voor.

Tegen de verwachting in – de verhalen snellen de films hier vooruit – heb ik ook heel erg genoten van Paterson van Jim Jarmusch, een droogkomisch, überzoet portret van de poëtische buschauffeur Paterson uit de gelijknamige stad in New Jersey, die zijn inspiratie put uit de alledaagse realiteit. Geïnspireerd op de Amerikaanse dichter, essayist, fictieschrijver en vertaler Ron Padgett en de Amerikaanse dichter William Carlos Williams (1883-1963), die ook uitmuntte in directe poëzie die aansloot bij de werkelijkheid zoals-ie is. Ogenschijnlijk simpel, maar zo delicaat als een haiku. En met een prachtige hoofdrol van Adam Driver. Het enige minpuntje vind ik het handschriftlettertype uit de computer waarin de gedichten zijn gezet – het zal de vormgever in me wel wezen.

Ik heb hard gelachen om de struikelpartijen en de malle accenten in Bruno Dumonts Ma loute (2:02), en dan met name om de hysterische Juliette Binoche (hoewel het af en toe in de buurt kwam van Loenatik). Met de Duitse onderbroekenlol in Maren Ade’s Toni Erdmann (2:42) had ik aanvankelijk meer moeite, maar door de formidabele actrice Sandra Hüller en twee geniale grappen tegen het einde moest ik me toch gewonnen geven. Mijn collega’s deden dat veel makkelijker: in de dagelijkse journalistenpoll in het vakblad Screen International staat Toni Erdmann stijf bovenaan met het zelden vertoonde, bijna Oost-Europese gemiddelde van 3,8 op een schaal van 0 tot 4.

IMG_0057

Naar American honey van de Britse Andrea Arnold keek ik erg uit, omdat de verhalen zoals ik net al schreef de films hier nu eenmaal vooruitsnellen, en vanwege Arnolds eerdere films Red road, Fish tank en ook wel vanwege Wuthering heights. Haar eerste Amerikaanse film, over een groep tieners die in een busje door Amerika trekken en de kost verdienen om van deur tot deur tijdschriften (!) te verkopen, bleek echter een wat stuurloze roadmovie, die me al te vaak deed denken aan een hippe Vice-repo. Maar de soundtrack is fijn en Shia Labeouf is op dreef.

Op de aansluitende persconferentie liet Laboeuf weten dat de rol van husselaar hem weinig moeite kostte, omdat hij tot de onderklasse behoort die in de film wordt geportretteerd. Tot slot vertelde Laboeuf dat hij ook weinig problemen verwacht bij het spelen van John McEnroe in McEnroe/Borg, een nieuwe film van de Deense regisseur Janus Metz (die eerder de intense documentaire Armadillo maakte) die focust op de enorme rivaliteit tussen de twee tennissers. “Ik ben McEnroe”, aldus Laboeuf.