jpekker

Cannes dag 12: zaterdag 25 mei

Vanavond worden in Cannes de Gouden Palm en een karrenvracht aan andere prijzen uitgereikt door de Mexicaanse juryvoorzitter Alejandro González Iñárritu cum suis. Het zal mij benieuwen; het is voor het eerst in jaren dat niet acteurs maar regisseurs in de overgrote meerderheid zijn (naast Iñárritu ook Pawel Pawlikowski, Yorgos Lanthimos, Alice Rohrwacher, Kelly Reichardt, Robin Campillo en Maimouna N’Diay, die trouwens ook acteert). Maar misschien drijft Elle Fanning, met 21 jaar met afstand de jongste van het stel, haar zin wel door. Zij moet overigens de gang op als het over Quentin Tarantino’s competitiefilm Once Upon a Time… in Hollywood gaat; haar oudere zus Dakota speelt een van Charles Mansons hippie-sekteleden.

Een uitgesproken favoriet voor de Gouden Palm is er niet; de best scorende films in de journalistenpoll in het vakblad Screen International zijn de geslaagde genrefilm Parasite van de Zuid-Koreaanse regisseur Bong Joon Ho (3,5 op een schaal van 0 tot 4), het fijnzinnige kostuumdrama Portrait d’une jeune fille en feu van de Franse scenarist en regisseur Céline Sciamma en het autobiografische melodrama Dolor y gloria van de Spaanse meester Pedro Almodóvar (beide 3,3).

Dat zegt overigens niets; de geschiedenis wijst uit dat jury’s in Cannes doorgaans een andere smaak hebben dan journalisten. Burning van de Zuid-Koreaanse regisseur Lee Chang-dong scoorde vorig jaar het Noord-Koreaanse gemiddelde van 3,8. Dat was het hoogste gemiddelde in de geschiedenis van de poll, maar de jury gaf Lee geen enkele prijs.

Afijn, als het aan mij ligt gaat de Gouden Palm naar Portrait d’une jeune fille en feu, een fraai gefotografeerd historisch drama over een (onmogelijke) lesbische liefde, schilderkunst en kijken, waarin alleen maar vrouwen voorkomen, en die ook gemaakt is door (bijna) alleen maar vrouwen; ook de producent en de director of photography zijn vrouw. Adèle Haenel (Sciamma’s partner), die een 18de-eeuwse vrouw speelt die niet wil trouwen en niet wil poseren, verdient eigenlijk ook een prijs.

De 40-jarige Sciamma zou pas de tweede (!) vrouw zijn die de hoogste prijs ontvangt in de 72-jarige geschiedenis van het festival; in 1993 won de Nieuw-Zeelandse Jane Campion voor haar periodedrama The Piano. Of eigenlijk de anderhalfste; Campion moest de hoofdprijs destijds delen met Chen Kaige (Farewell My Concubine).

De Grand Prix geef ik aan Terrence Malick voor A Hidden Life, zijn beste, meest consistente film sinds The Tree of Life, waarmee hij in 2011 de Gouden Palm won. Het is een op ware gebeurtenissen gebaseerd, bijna drie uur durend, lyrisch drama over de Oostenrijkse boer Franz Jägerstatter, die in de Tweede Wereldoorlog werd opgeroepen voor het Duitse leger, maar weigerde om trouw te zweren aan Adolf Hitler. Met prachtige hoofdrollen van August Diehl en Valerie Pachner, die beiden eigenlijk ook een prijs moeten krijgen. Hoewel Brad Pitt ook geweldig op dreef is in Tarantino’s sprookje Once Upon a Time… in Hollywood, en de jonge debutant Idir Ben Addi al even formidabel op dreef is in Le jeune Ahmed van de Dardennes (die al twee Palmen op zak hebben).

Ik vind Le jeune Ahmed sowieso een mooie, urgente film, die eigenlijk ook een prijs moet krijgen: de Juryprijs dan maar. Hoewel die van mij ook naar de Britse veteraan Ken Loach mag, wiens Sorry We Missed You ik veel beter (en minder drammerig) vind dan I, Daniel Blake, waarvoor hij drie jaar geleden zijn tweede Gouden Palm won. Een van beiden mag ook de regieprijs krijgen Bong Joon Ho trouwens ook. Ik kan er ook prima mee leven als de debutanten Ladj Ly (Les Misérables) of Mati Diop (Atlantiques) met een (aanmoedigings)prijs naar huis gaan.

Van Dolor y gloria werd ik dan weer niet heel warm, maar als Almodóvar dan toch een prijs moet krijgen, dan maar die voor het beste scenario. Antonio Banderas is trouwens ook op dreef, als een variant van Almodóvar zelf. Maar goed, die prijs heb ik al aan drie anderen gegeven.

De eerste prijzen zijn overigens al uitgereikt in Cannes, en voor zover ik kan nagaan kan ik er prima mee leven. De jury van de Un certain regard jury, met o.a. Nadine Labaki en Lukas Dhont, gaf onder meer de prijs voor de beste regie aan Kantemir Bagalov (Beanpole) en een eervolle vermelding aan Bruno Dumonts Jeanne. De hoofdprijs van de tweede competitie ging naar A vida invisível de Eurídice Gusmão van Karim Aïnouz, maar daar kan ik weinig over zeggen want die heb ik niet gezien.

Portrait de la jeune fille en feu won de Queer Palm. De ‘jury du Prix des Cinémas Art et Essai’ – waar ik nog nooit van had gehoord – gaf zijn prijs aan Parasite en een eervolle vermelding aan Les Misérables van Ladj Ly. Rebecca Zlotowski (Une fille facile) kreeg de ‘prix Société des auteurs et compositeurs dramatiques’ (SACD), een van de vele prijzen van de non-competitieve (!) nevensectie Quinzaine des réalisateurs. Leuk, mooi filmpje, dat het waard is om in Nederland vertoond te worden. Ook terecht: buldog Brandy uit Quentin Tarantino’s Once Upon a Time… in Hollywood is onderscheiden met de Palm Dog Award, de onofficiële prijs voor de beste prestatie van een hond.