jpekker

“Adèle is heel moedig en ontroerend, ik heb van haar genoten”

“Van tevoren hebben we veel gepraat, tijdens de opnamen heb ik me zoveel mogelijk laten gaan. Ik wilde Abdellatif niet teleurstellen.”

De jonge Adèle Exarchopoulos speelt haar eerste hoofdrol in de zinderende coming of age-film La vie d’Adèle van de Frans-Algerijnse regisseur Abdellatif Kechiche (La graine et le multe, Black Venus). Het is een vrije verfilming van de graphic novel Le blue est une couleur chaude van Julie Maroh, over de ontluikende liefde tussen de jonge scholiere Adèle en de iets oudere Emma.

Léa Seydoux – met korte blauwe manen – maakt indruk als Emma, een jonge, vrijgevochten studente aan de kunstacademie. Werkelijk verbluffend is Exarchopoulos; haar prestatie roept herinneringen aan die van Émilie Dequenne in Rosetta van de gebroeders Dardenne, die in 1999 vanuit het niets werd bekroond als beste actrice op het festival van Cannes.

Drie uur duurt La vie d’Adèle, Exarchopoulos is iedere seconde in beeld. Van het geginnegap over jongens op het schoolplein en Adèles geschokte blik als ze Emma voor het eerst ziet tot het onbegrip bij haar vriendinnen; van hun eerste afspraakje en de eerste vrijpartij tot de etentjes bij elkaars als dag en nacht verschillende ouders; alles komt voorbij. En Exarchopoulos heeft genoeg aan minieme bewegingen of een enkele oogopslag om haar ontdekkingstocht invoelbaar te maken.

Het meest in het oog springen de seksscènes, die expliciet zijn en een eeuwigheid lijken te duren. Maar juist daardoor hun werk doen; ze zijn eerlijk en puur; intiem en bloedstollend mooi; pijnlijk en een beetje ongemakkelijk. Zoals de liefde zelf kan zijn.

Kechiche, tijdens een persconferentie: “Ik houd niet zo van de term regisseren. Je maakt het samen. Ik probeer mijn acteurs zo veel mogelijk gerust te stellen en te begeleiden, en zorg ervoor dat ze zo min mogelijk worden beperkt door alle techniek op de set. Opdat wat er in hen zelf zit, eruit kan komen. Als dat gebeurt, moet ik klaar staan om die momenten te vangen. Zo simpel is het.” Seydoux: “Ik had er meer moeite mee om mezelf te verliezen dan Adèle. Ik ben enorm zelfbewust. Gelukkig konden we het samen goed vinden. Adèle is heel moedig en ontroerend, ik heb van haar genoten.”

Zaterdag wordt in Cannes de laatste competitiefilms vertoond, La Vénus à la Fourrure van Roman Polanski, over een regisseur (Mathieu Amalric) die in Polanski’s echtgenote Emmanuelle Seigner de perfecte actrice denkt te hebben gevonden voor zijn adaptatie van Leopold von Sacher-Masochs Venus in bont. Zondag staat de slotfilm op het programma, de geheel in Zuid-Afrika opgenomen thriller Zulu van de Franse regisseur Jérôme Salle, met hoofdrollen voor Forest Whitaker en Orlando Bloom.

Zondag is ook de dag waarop de jury, die deze editie onder leiding staat van Steven Spielberg, de Gouden Palm uitreikt. Een uitgesproken favoriet, die pers en andere festivalbezoekers zo overweldigde als Michael Haneke’s Amour vorig jaar, is er niet. Hoewel, de gemiddelde score van 3,3 (op een schaal van 0 tot 4) waarmee Inside Llewyn Davis van Joel en Ethan Coen de (niet tot het einde van het festival bijgewerkte) poll onder internationale filmcritici in het vakblad Screen International aanvoert, is precies even hoog als die van Amour vorig jaar.

Maar Inside Llewyn Davis is geen diepgravend drama, maar een in het Amerika van de jaren zestig gesitueerde muziekfilm annex roadmovie over een singer-songwriter op zoek naar erkenning. Het is een fijne, grappige film met een geweldige hoofdrol voor Oscar Isaac, die meerdere liedjes zingt en speelt. In zijn geheel, live. Popicoon Justin Timberlake heeft een fijne bijrol; muzieklegende T Bone Burnett, die al met de Coens samenwerkte aan O Brother, Where Art Thou?, stelde de bijzondere soundtrack samen.

Andere films die goed scoren in de journalistenpoll van Screen zijn A Touch of Sin van de Chinees Jia Zhangke (3,0), La grande bellezza van de Italiaan Paolo Sorrentino en La passé van de Iraniër Asghar Farhadi (beide 2,8). In de poll die Le film français dagelijks bijhoudt onder Franse filmcritici staat La vie d’Adèle afgetekend bovenaan. Alex van Warmerdams Borgman staat in beide lijstjes in de middenmoot, met waarderingen die uiteenlopen van ‘poor’ tot ‘à la folie’.

Veel zegt dat overigens niet; de rijke geschiedenis van het festival van Cannes leert dat jury’s er vaak een heel andere mening op na houden dan de critici. Behalve vorig jaar dan…

NASCHRIFT: Dit stuk was al naar de krant verstuurd toen in de online-versie van Screen International een bijgewerkte kruisjeslijst verscheen. Daarin was Inside Llewyn Lewis gepasseerd door La vie d’Adèle, met het onwaarschijnlijke gemiddelde van 3,6 (op een schaal van 0 tot 4) – het hoogste in jaren. Volgens de poll van Le film Fançais vinden inmiddels 12 van de 15 recensenten La vie d’Adele Palm-waardig. Terwijl de reacties direct na de screening ook weer niet zó positief waren. Zo kan dat gaan in Cannes. Toch is het nog geen uitgemaakte zaak dat La vie d’Adele zondag de Gouden Palm krijgt. Als de jury besluit de formidabele hoofdrol van Adèle Exarchopoulos te eren, kan de film namelijk niet meer worden bekroond. Het juryreglement schrijft voor dat de belangrijkste prijzen niet bij een en dezelfde film terecht mogen komen.

Article 8: Features in Competition
The Jury for the feature films in competition is obliged to award:

  • The Palme d’Or;
  • The Grand Prix;
  • The award for the Best Director;
  • The Jury Prize;
  • The award for the Best Screenplay;
  • The award for the Best Actress;
  • The award for the Best Actor.

The prize list must not contain more than one joint award. The Palme d’Or can never be awarded jointly. No film can receive more than one award. However, the award for the Best Screenplay and the Jury Prize can be combined with a Best Performance award, on special dispensation of the Festival’s President.