jpekker

Onderwateropnames van nimfachtige fotomodellen en synchoonzwemsters – en fraaie luchtbelletjes

“Je moet vooraf goed bedenken wat je met de computer wilt doen en wat daar de effecten van zijn want de mogelijkheden zijn enorm. Alles kan. Je kunt ingrijpen op elk niveau van het beeld. Sporenvrij.”

Nadat ze twintig jaar geleden afstudeerde aan de Rietveld Academie met handgemaakte fotocollages, ontwikkelde Danielle Kwaaitaal (Bussum 1964) zich tot een pionier op het gebied van de digitale fotografie en videokunst. Sterker: haar carrière loopt sindsdien min of meer parallel met de digitale revolutie.

Via een vriend kreeg zij de beschikking over een Quantel Paintbox, een van de eerste computers waarmee reclamecampagnes werden gemaakt. Voor een gulden of 1000 per uur. In het weekend en ’s nachts kon Kwaaitaal aan de slag met het enorme apparaat. Kwaaitaal maakte ‘Bodyscapes’; gefotografeerde close-ups van neus- en oorgaten, navels, tepels en knokkels versmolten tot surreële, erotische landschappen. Nu knippert niemand meer met zijn ogen, destijds was ze haar tijd zo ver vooruit dat ook de jury van de Prix NL het werk niet op waarde wist te schatten. Die dacht dat het zo uit de computer kwam rollen en gaf de prestigieuze prijs aan een schilder.

Kwaaitaal werd veejay, onder meer in de Amsterdamse discotheek Mazzo en in de Chemistry, en maakte in 1996 de portrettenserie ‘Bubbling’, met jonge, onder water gedompelde vrouwen uit de Amsterdamse clubscene. Haar fascinatie voor water en vrouwelijke vormen sprak ook uit Kwaaitaals volgende project, de 55 minuten durende film Flo (2004). Het is een lofzang op het vrouwelijke lichaam met een onvoorstelbare hoofdrol van Ellen ten Damme, die op de muziek van de Amsterdamse dj Aardvarck een even sensuele als subtiele dans uitvoert. Onder water.

Minstens zo mooi is de daaropvolgende serie ‘Whispering Waters’, met onderwateropnames van nimfachtige fotomodellen en synchoonzwemsters – en fraaie luchtbelletjes. De jonge vrouwen dragen speciaal ontworpen ‘onderwaterjurken’ van modeontwerpster Mada van Gaans, die precies lijkt te doen wat de fotografe wil: harde contouren en zijdezachte kleurovergangen gaan hand in hand.

Al het werk is nu te zien in de Utrechtse Flatland Gallery, die haar de komende tijd, naar Kwaaitaal hoopt, beter in het buitenland op de kaart zal zetten. De schetsen voor weer een nieuwe fotoserie liggen klaar, maar eerst moet er nog een aantal werken in opdracht af: voor een school in Breda en voor het hoofdkantoor van de zorgverzekeraar Menzis.

Volgend jaar, als het twintig jaar geleden is dat ze haar eerste expositie had – in de Amsterdamse Bloom Gallery, samen met onder anderen Micha Klein – is haar werk te zien in de Rotterdamse Kunsthal, als onderdeel van een grote waterexpositie. Van Amsterdamse plannen weet ze nog niets. “Toen we net van de Rietveld kwamen was ons doel om voor ons dertigste in het Stedelijk te hangen – dat kun je je nu toch niet meer voorstellen. Ze hebben indertijd wel twee werken aangekocht, ‘Bodyscapes’ als onderdeel van de gemeentelijke aankopen. Ze staan veilig in een depot, maar niemand die ze ziet, helaas.”

Danielle Kwaaitaal: solo exhibition. T/m 25 juni in Flatland Gallery, Lange Nieuwstraat 7, Utrecht.