jpekker

Mark Rothko in Den Haag: kiezen tussen een chronologische en een emotionele route

Rothko-en-Mondriaan

Het meest bijzondere is voor het laatst bewaard. Tegen de achterwand van de laatste zaal van het Gemeentemuseum Den Haag hangen naast elkaar Piet Mondriaans vrolijke zwanenzang Victory Boogie Woogie (1942-1944) en het bloedrode Untitled (1970), het allerlaatste schilderij dat de abstracte expressionist Mark Rothko maakte voordat hij op 25 februari 1970 in zijn atelier een overdosis antidepressiva nam en zijn polsen doorsneed.

Alhoewel Rothko het niet leuk vond dat zijn werken door een kunstcriticus ‘blurry Mondrians’ werden genoemd, was Mondriaan wel een van zijn inspiratiebronnen – hij noemde hem eens de meest sensuele schilder die hij kende. Maar hoewel Mondriaan vanaf 1940 net als Rothko in New York woonde, kenden de twee elkaar niet persoonlijk.

En toch wordt de verbinding terecht gelegd, al was het maar omdat deze overweldigende Rothko-tentoonstelling er zonder Mondriaan niet was geweest. Die is namelijk het gevolg van een in 1994 gemaakte, nooit op papier vastgelegde afspraak tussen twee conservatoren, toen een groot aantal Mondriaans van het Gemeentemuseum te zien was in de National Gallery of Art in Washington, een museum met een indrukwekkende verzameling Rothko’s. Zou het niet mooi zijn in Den Haag te tonen, bedachten de twee.

Mark-Rothko-x-Gemeentemuseum-Den-Haag-©-Pulp-Collectors-19-870x580

In de jaren die sindsdien verstreken, stegen de prijzen die op veilingen voor Rothko’s schilderijen werden neergeteld naar astronomische hoogten. Voor sommige werken werd bijna 80 miljoen dollar betaald – nog meer dan voor tijdgenoten als Jackson Pollock, Willem De Kooning en Barnett Newman werd neergeteld. Het maakt het nóg bijzonderder dat de expositie er twintig jaar later alsnog is gekomen. “Het is waarschijnlijk ook de laatste keer”, zei museumdirecteur Benno Tempel voor de opening. “Deze tentoonstelling is extreem kostbaar en lastig te organiseren.”

62 Rothko’s zijn er in Den Haag te zien; 10 werken op papier en 52 schilderijen, waaronder ook de enige twee die zich in de collecties van de Nederlandse musea bevinden: Zonder titel (omber, blauw, omber, bruin) (1962) van het Stedelijk en Grijs, oranje op kastanjebruin, nr. 8 (1960) van Boijmans Van Beuningen. Ze hangen laag, de meeste niet achter glas, maar slechts achter een koortje, waardoor de bezoeker bijna in de doeken kan opgaan.

werk-mark-rothko

De Rothko’s kunnen op verschillende manieren worden bekeken. Er is een chronologische route, die laat zien dat Rothko een vergelijkbare ontwikkeling doormaakte als Mondriaan: van figuratief naar abstractie (De jaartallen bij de werken maken echter duidelijk dat de overgang een stuk minder geleidelijk was). Wie bij de entree linksaf slaat – en de ‘emotionele route’ neemt – komt terecht in een zaal met grijs gesausde muren met studies voor Rothko’s beroemde Seagram Murals.

In 1958 kreeg hij de opdracht een serie schilderijen te maken voor het chique restaurant Four Seasons in het nieuwe kantoor van de Seagram Company Ltd. in New York. De gage bedroeg 40 duizend dollar. Toen hij klaar was, liet hij zich ontvallen dat hij hoopte dat zijn meterhoge, bruingekleurde schilderijen de eetlust zouden bederven van iedere ‘son of a bitch’ die ooit in de zaal zou gaan schransen. Toen hij de kans kreeg, kocht hij de schilderijen terug.

1585775563

Het zal te maken hebben met zijn afkomst. Rothko werd 25 september 1903 geboren in Daugavpils, in het zuidoosten van Letland, als Marcus Rothkowitz. In 1913 emigreerde de Joods-Russische familie Rothkowitz naar Portland. Na een mislukte studie aan de Yale-universiteit trok Rothkowitz in 1925 naar New York, waar hij kunst ging studeren. In 1938 verkreeg hij de Amerikaanse nationaliteit, in 1940 veranderde hij zijn naam op aanraden van een New Yorkse kunsthandelaar in Mark Rothko. En transformeerde hij van een beperkte figuratieve schilder in een uitzonderlijke abstracte expressionist, die het menselijke van de mens op het spoor wilde komen door zijn angsten, zijn extases, zijn verrukkingen en zijn hoop te schilderen.

Tientallen variaties op een thema maakte hij: metershoge doeken met contrasterende kleurvlakken. Het zijn zinderende vlakken; uit tientallen ijle lagen opgebouwde schemergebieden, glinsterend, gloeiend, zuigend, zinderend; lucide en transparant tegelijk. Doeken als een sterrenhemel: hoe langer je er naar kijkt hoe meer je ziet. Of zoals de Zwitserse kunstverzamelaar Ernst Beyeler het formuleerde: wanneer je lang genoeg naar de vormen zoekt, doorwoel je de kleuren en vind je daarin het licht.

untitled_1969

Er zijn verschillende schilderijen die bijna alleen maar bestaan uit grijs en zwart (hoewel in de meeste een andere kleur de overgang markeert). Het zouden apocalyptische landschappen kunnen zijn of de zee bij nacht. Misschien is het een maanlandschap. Het zijn overigens geen rechte lijnen, zoals bij Mondriaan, en ook geen geometrische vlakken.

Rothko’s rood is ook anders dan dat van Mondriaan. Misschien is het bloedrood, misschien wel tomatensoep met suiker erin, zoals Nico Dijkshoorn opmerkte in DWDD. Zelf meed Rothko iedere vorm van interpretatie. “Als mensen sacrale ervaringen willen, dan zullen ze die in mijn schilderijen vinden. Als ze profane ervaringen willen, dan zullen ze die ook vinden.”

Mark Rothko. T/m 1/3/2015 in Gemeentemuseum Den Haag. Bij Meulenhoff is recent Annie Cohen-Solals Mark Rothko-biografie verschenen.